Vrouwen worden minder vaak gereanimeerd bij hartstilstand
Doordat vrouwen minder vaak gereanimeerd worden dan mannen overlijden ze ook vaker aan de gevolgen van een hartstilstand. Vrouwen die thuis of in ieder geval buiten het ziekenhuis een hartstilstand krijgen en gereanimeerd worden overlijden zelfs bijna dubbel zo vaak. 12,5% ten opzichte van 20% bij mannen. Zo blijkt uit onderzoek van het Amsterdam UMC.
Minder overlevingskansen bij reanimatie
Wanneer vrouwen gereanimeerd worden blijken ze ook minder overlevingskansen te hebben. De doodsoorzaak nummer 1 bij vrouwen, hartstilstand, wordt ook minder vaak herkend door omstanders. Vrouwen hebben vaak niet de klassieke pijn op de borst, maar hebben bijvoorbeeld nek- of kaakpijn, gaan overgeven of vallen flauw. De late herkenning zou mede een oorzaak kunnen zijn van de lagere overlevingskansen, maar het blijkt ook dat vrouwen minder vaak een schokbaar beginritme hebben wat bepaalt of je een hartstilstand overleeft.
Wat is een schokbaar beginritme?
Een schokbaar beginritme wil zeggen dat er een fibrillerend hart gedetecteerd wordt door de AED. Wanneer er namelijk sprake is van een hartstilstand staat het hart meestal niet helemaal stil. De kamers van het hart worden heel snel en chaotisch geprikkeld waardoor ze niet meer samentrekken, maar gaan trillen/ fibrilleren. Door het toedienen van een elektrische schok door de AED kan het hart gereset worden en weer normaal gaan kloppen.
Dit schokbaar beginritme is bij mannen in 53% van de gevallen aanwezig en bij vrouwen slechts in 33% van de gevallen.
Belangrijk is dus om ook de symptomen van een hartstilstand bij vrouwen te herkennen.